
© VTM
Mijn Restaurant
De kijker heeft beslist. Donderdagavond viel het doek voor één van de duo’s in ‘Mijn restaurant’. Voor Antwerpen kwam er goed nieuws uit de bus. Maarten en Jonas mogen voorlopig de deuren van VONK nog even open houden. Voor Alessio en Olivier, ofwel team Genk, was er minder goed nieuws. Hun restaurant MYN moet definitief de deuren sluiten.
Je leest alles over ‘Mijn restaurant’ in ons dossier.
KIJK. VONK overleeft de eerste stemming van ‘Mijn restaurant’
Voor het tijd was voor het beslissingsmoment kregen VONK en MYN eerst nog bekend volk over de vloer. Hun concullega’s uit Kortrijk en Gent mochten namelijk de voetjes onder tafel schuiven. Als eerste gingen de twee overige duo’s langs in Antwerpen. “We gaan ons eens laten soigneren”, klonk het enthousiast bij Ruslan en Lauranne. Wat zij van het eten vonden? “Ik vond het heel lekker. Dit is echt stevige concurrentie voor ons”, aldus Charlotte en Aristide. “Die man kan er wat van.” Alleen de vegetarische Lauranne bleef – letterlijk – op haar honger zitten. “Een halve aubergine is geen gerecht”, klonk het teleurgesteld. “Ik heb honger.”
Aan elkaar gewaagd
Nadien was het de beurt aan MYN. Hier viel de nieuwe menukaart in de smaak. “Dit past veel beter bij wie ze zijn”, klonk het enthousiast. “Hiervoor ga je naar een Italiaan. Het zijn kleurrijke borden. Het ziet er sexy uit”, aldus Ruslan. “Ze zijn op de goede weg.” De hoofdgerechten waren echter niet goed gekruid. En ook hier was het even zoeken voor Lauranne, die vegetarisch eet. Maar gelukkig kon de carbonara veel goedmaken. “Die was spot on.”
Vervolgens was het tijd voor het moment van de waarheid. De kijker heeft beslist. Uiteindelijk kreeg Antwerpen de meeste stemmen. Voor MYN uit Genk was er dus minder goed nieuws. Voor boezemvrienden Alessio en Olivier is het avontuur onherroepelijk gedaan. “Ik ga hier echt moeite mee hebben”, klonk het teleurgesteld. “Het was een heftig parcours. Hoe hebben we dit zelfs klaargespeeld? Maar we hebben het wel gedaan. Ze kunnen niet zeggen dat we het niet gedaan hebben. We hebben gevochten”, klonk het nog. “Maar nu weet ik wat ik wil en we zijn nog niet klaar met de horeca. Maar doe nu de lichten maar uit. We gaan naar huis.”