
De demonstrant die de aankomst van de 11de etappe in de Ronde van Frankrijk verstoorde en hardhandig over de balustrade gegooid werd, heeft gesproken in de rechtbank. De man – gehuld in een T-shirt met de tekst “Israël uit de Tour” – zegt dat hij perfect wist waar hij mee bezig was.
De Noor Jonas Abrahamsen sprintte in Toulouse naar de winst voor Mauro Schmid, maar het waren vooral de beelden van de meelopende demonstrant die de wereld rondgingen.
“Ik heb op het scherm gecontroleerd dat de renners ver genoeg weg waren”, beweerde de man in de rechtszaak rondom zijn actie aldus de Franse krant La Dépêche. “Ik heb gelopen waar het veilig was, langs de barrières. Zodat niemand zou vallen. Ik wilde het feit aan de kaak stellen dat een team dat zichzelf tot ambassadeur van Israël had uitgeroepen, mocht deelnemen aan de Tour. Ik heb daarom gezocht naar een vorm van zichtbaarheid, zodat mensen over Gaza en wat door gebeurt, zouden praten.”
De demonstrant kreeg uiteindelijk een boete van 300 euro en een waarschuwing voor zijn actie. Een lagere straf dan de eis van de openbare aanklager. “Met volle snelheid in het gezichtsveld van een sprintende wielrenner stormen, is een reëel gevaar. Vrijheid van meningsuiting mag niet voorrang krijgen boven veiligheid”, klonk het.
“Ze zijn niet van hun lijn afgeweken”, reageerde de man zelf. “Dat was een optische illusie. Ik was zelf sporter, dus ik weet hoe essentieel veiligheid is.”