Zondag staat in Flamanville de tweede manche van de Wereldbeker veldrijden op het programma, maar twee blikvangers ontbreken: Lucinda Brand slaat de reis naar Normandië over en ook Fem van Empel blijft opnieuw aan de kant. Goed nieuws is er wél voor Ceylin del Carmen Alvarado, die na blessureleed haar terugkeer maakt.
Brand, winnares van de openingswedstrijd in Tábor en huidige leidster in het klassement, kiest bewust voor een trainingsblok. Flamanville past niet in haar schema, waardoor de Wereldbeker zondag zonder de topfavoriete van Baloise Glowi Lions wordt verreden. Ook wereldkampioene Fem van Empel verschijnt opnieuw niet aan de start. De renster van Visma | Lease a Bike kwam sinds haar opgave in de Koppenbergcross niet meer in actie en blijft nog steeds in de luwte.
LEES OOK: ‘Dramatisch nieuws rondom Marianne Vos’
Alvarado terug op de fiets
De opvallendste naam op de deelnemerslijst is die van Ceylin Alvarado. De Europese kampioene van 2020 miste de seizoensstart door een slepende knieblessure, maar is nu klaar voor haar eerste rugnummer van de winter. Voor de Belgische fans is haar terugkeer bovendien geen detail: Alvarado is traditioneel een van de meest attractieve rensters in het veld.
Verder tekent een stevige Nederlandse kern present, met onder meer Inge van der Heijden, Leonie Bentveld, Aniek van Alphen en Shirin van Anrooij. Vanuit Belgische zijde kijken we vooral naar Sanne Cant, Laura Verdonschot en Marion Norbert-Riberolle, die in Tábor al lieten zien dat ze niet ver van de top verwijderd zijn.
Een Franse klassieker rond het kasteel
Bondscoach Gerben de Knegt omschrijft Flamanville als “een van de mooiste crossen van de Wereldbeker”. Het omloopje rond het kasteel staat bekend om zijn variatie: gras, modder, korte hellingen en technische secties wisselen elkaar continu af. Anticiperen, foutloos rijden en het juiste ritme vinden worden bepalend voor het koersverloop.
Zonder Brand en Van Empel ligt de strijd om de zege volledig open. Alvarado keert terug, Van der Heijden is in vorm, Casasola en Bakker toonden in Tábor hun niveau en ook de Belgische rensters zullen zich willen tonen. Flamanville belooft zo, zelfs zonder de twee grootste namen, een bijzonder interessante cross te worden.
